Jules ligt met tyfus op de ziekenzaal in kamp Vaihingen an der Enz. Het is 7 april 1945. Franse soldaten bevrijden het kamp. Jules wordt naar een ziekenhuis overgebracht. Hij wordt onder de douche geholpen. Het spiegeltje met de foto van Rachel, dat hij twee jaar lang bij zich droeg, raakt hij dan kwijt.
Zodra hij is hersteld, begint Jules direct te schrijven. Over alles wat hem de afgelopen jaren is overkomen. Dit resulteerde in het standaardwerken ‘Vernietigingskamp Sobibor’ en ‘Binnen de poorten’. In 2008 ontving hij hiervoor een ere-doctoraat van de Universiteit van Amsterdam.
Natascha van Weezel over communicatie (01:15)
Precies een maand nadat hij door Franse soldaten uit Vaihingen was bevrijd schrijft Jules Schelvis twee brieven, onder andere aan zijn tante in Amsterdam. Hij geeft ze mee aan Nico Staal, een gevangene uit Dachau die op weg was naar Nederland om hulp te halen. Deze brieven werden niet bezorgd.
Fam. I. Stroz
Nieuwe Prinsengracht 37
Amsterdam – C.
Indien deze brief onbestelbaar is, s.v.p. brengen naar fam. J. Stodel, Nieuwe Prinsengracht 96
indien ook deze fam. niet meer aanwezig is afgeven aan Drij. Lindenbaum, Herengracht 457
S.v.p. de brief dicht laten. Ik kom hem dan zelf terug halen! Bij voorbaat dank!
Net zoals de brief die hij verstuurde uit het getto van Radom adresseert Jules deze brief opnieuw aan een familie van Rachel, tante Annie, Izak en hun zoontje Karel. In december 2020 worden de brieven in de nalatenschap van Nico Staal gevonden en alsnog bij Karel bezorgd.
Vaihingen / Enz, 7-5-1945.
Lieve Annie en Karel. (en Izaak?) Dit zal wel het eerste bericht zijn, dat jullie van de familie zult bekomen. Helaas heb ik, zoals je misschien wel op de hoogte zult zijn, zeer slechte mededelingen. Van onze zeven huisgenoten, dus Gretha, David, Hella, Chel, Herman, Ab en Jules, moet ik schrijven dat naar ik kan aannemen, alleen ik ben overgebleven. De anderen zijn, helaas moet ik je het mededelen, niet meer in leven. Er moet wel een wonder gebeurd zijn, als één van hen terugkomt. Gretha, David, Hella, Chel en Herman zijn, naar ik aanneem voor 99%, direct bij aankomst in het „SS SONDERLAGER – SOBIBOR, bij Lublin, vergast. Ab en ik zijn doorgestuurd naar een ander „kamp“.
Ik werd, als door een wonder, doorgestuurd als drukker. Ab bleef in dat kamp. Volgens de berichten is enige maanden later dat kamp volledig „opgeruimd“.
Ik schrijf dit alles zo koud, daar het vele, wat ik heb gezien en zelf heb meegemaakt, mij hard heeft gemaakt. Het zal je wel pijn doen, dit alles te lezen, maar ik moet het je toch schrijven. Ik hoop dat je man, die gelijk met ons in Westerbork was, de fam. H. Strauss, fam. Friede, en alle ondergedokenen het er beter afgebracht hebben.
Ikzelf ben als door een bovenmenselijke macht in leven gebleven, vele malen stond ik voor de dood. Vele beslissingen heb ik moeten nemen, beslissingen die leven of dood betekenden. Doch steeds was het lot mij gunstig. [doorgestreepte woorden] Sinds 15 april (8 april werden we bevrijd door de Franse troepen in Vaihingen bij Stuttgart) lig ik in een ziekenhuis in Vaihingen en heb het zeer goed. Ik weet, veel beter als jullie in Holland, naar ik veronderstel.
Dit is het allernoodzakelijkste, wat ik jullie schrijven moest. Ik hoop spoedig weer in Amsterdam te zijn, misschien 3 of 4 weken. Dan zal ik jullie alles precies vertellen. Laat deze brief ook lezen aan de fam. Stodel op de Nw Prinsengracht, indien ze natuurlijk nog aanwezig zijn. Nu lieve mensen, hartelijk gekust en gegroet door jullie neef en vriend
Jules Schelvis. Hopital français Vaihingen / Enz
Tegelijk met de brief aan zijn familie gaf Jules nog een brief mee waarin hij heel kort de verschrikkingen beschrijft die hij meemaakte.
In een naschrift roept hij op:
“Alles wat hier geschreven staat is de naakte waarheid. Dit alles heeft de schrijver persoonlijk meegemaakt.
geschreven de 7e MEI 1945 door Jules Schelvis, laatste adres in Holland Nieuwe Kerkstraat 103III Amsterdam-C.
S.v.p. dit laten lezen aan Directeur en personeel Drukkerij Lindenbaum, Herengracht 457 en fam. I. Stroz, Nieuwe Prinsengracht 37.
De schrijver deze veroorlooft dit schrijven, woordelijk of omgewerkt, doch dan met de juiste gegevens, in de krant af te drukken.
Jules Schelvis.”
Vertrek uit Westerbork transport van 3500 Joden.
4 dagen reizen. Aankomst SOBIBOR bij Lublin. Daar wordt een selectie gemaakt. 80 man vertrekken naar turfkamp Dorohucza. De rest is vergast. Van die 80 man vertrekken 3 Hollanders, Jules Schelvis, Leo de Vries, Jozef Wins naar K.L. Lublin. Kamp DOROHUCZA, ± 800 man, volledig UITGEROT, November 1943. Na 15 dagen in het MOORD-kamp Lublin te zijn geweest, vertrekken de 3 Hollanders naar Radom, met 97 Polen. Kamp LUBLIN in November 1943 volledig UITGEROT, (± 22.000 man). In Radom getto werken, eerst in S.S. drukkerij, later in wapenfabriek. Natuurlijk in alle kampen schietpartijen, ophangen, zweepslagen en alle mogelijke en onmogelijke gruweldaden door S.S. en Oekraïense vrijwilligers. In ± Juni of Juli moeten we vluchten voor de Russen. 4 dagen marcheren (± 2500 manen, vrouwen en kinderen) 110 K.M. met zware afzetting van S.S. De kinderen, en die niet mee konden (heel wat), doodgeschoten.
Aankomst in Thomaszow. Daar 5 dagen, alle in kleine fabriekshal. Zo goed als geen eten, luizen, drek, enz. Vanaf de fabriek in de paardenwagonnen naar Vaihingen.
Daar is een nieuw K.L. Slecht eten, zwaar werken. [doorhaling] In November gestuurd naar K.L. UNTERRIEXINGEN.
Miljoenen luizen, geen water, slecht slapen, weinig eten, zwaar werken op het vliegveld Gross-Sassenheim (Veel luchtaanvallen. Doden en gewonden. Wegens ziekte word ik naar K.L. Vaihingen getransporteerd, maart 1945, wat intussen een „herstellings-kamp” is geworden. Mijn 2 kameraden moeten naar een ander lager. Waarheen weet ik niet.
Na ± 2 jaar ben ik ze kwijtgeraakt. In Vaihingen heerst tyfus en diarree. Beide met dodelijke afloop, 30 doden per dag is gewoon. Begin april wordt K.L. Vaihingen geëvacueerd, de geallieerden naderen. Alleen zij, die absoluut zwaar ziek zijn of niet kunnen lopen, blijven achter.
De S.S. verdwijnt en 6 posten bewaken het kamp. 8 april komen de Franse troepen ons bevrijden. Na 2 jaar ben ik weer vrij. Opgenomen in een nieuw ziekenhuis in Vaihingen, Hopital Militaire. Prima behandeling door de Fransen en …. door de Duitschers. Krijgen hier uitsluitend witbrood, Amerik. En Engelse sigaretten, veel vlees, ei, spek. [doorhaling] dadels, bier, wijn enz. Toch sterven er nog tamelijk veel.
Ik persoonlijk ben in zoverre hersteld, dat ik nog wat uithoudingsvermogen moet krijgen in lopen.
Pas bevrijde gevangenen in Kamp Vaihingen