Ernst Verduin, de broer van Wanda, heeft het zwaar in werkkamp Monowitz bij Auschwitz. Hij is ervan overtuigd dat zijn zus niet meer leeft. De dwangarbeid en ontstoken vlooienbeten putten hem uit. Hij verwondt opzettelijk zijn duim door hem tussen de bak van een kiepwagen te steken. Vanwege dit ‘arbeidsongeval’ krijgt hij een tijdje verlof.
Daarna krijgt hij minder zwaar werk. Enkele maanden later krijgt hij tyfus. Met de hulp van een Poolse medegevangene – de administrateur van het gevangenenhospitaal – overleeft hij dit.
Een van twee kaarten die Ernst Verduin naar Nederland moet sturen. Hij maakt van de gelegenheid gebruik om te laten weten dat hij zijn neef Bob heeft gesproken. Zijn moeder begrijpt uit de overdreven tekst “Het gaat heel goed” dat hij het tegendeel bedoelt.
26 januari 1944
Lieve familie,
Het gaat heel goed met mij en ik hoop met jullie ook. Ik hoor vast snel iets. Doe de groeten van mij en Bob Verduin aan een ieder.
Ernst.