In augustus 1943 worden 10.000 gevangenen vanuit Buchenwald naar Mittelbau-Dora gebracht om tunnels te bouwen voor een ondergrondse fabriek van V1-raketten (en later V2’s). Er zijn geen barakken; de gevangenen moeten in de tunnels blijven, zonder licht en frisse lucht. Er is onvoldoende voedsel en water. Ze moeten zonder veiligheidsmiddelen in hoog tempo werken. Het sterftecijfer is zeer hoog. Pas als in de herfst van ’44 de productie begint, worden er barakken gebouwd.
In maart 1945 beginnen de nazi’s met het ontruimen van het kamp. De meeste gevangenen, toen 34.000, gaan naar Bergen-Belsen. Duizenden worden onderweg vermoord. Enkele duizenden gevangenen, merendeels Joden, worden opgesloten in een schuur bij het dorp Gardelegen, die vervolgens in brand wordt gestoken.
Op 9 april 1945 wordt het kamp bevrijd door de Amerikanen.
Van de naar schatting 60.000 gevangenen van Mittelbau- Dora vinden circa 20.000 de dood in het kamp of tijdens de dodenmarsen.